We zijn al ruim 1,5 week in het land, maar het echte Cambodja ontdekken we pas in de afwisselende omgeving in en om Kampot. We verblijven in het relaxte, goed verzorgde Two Moons Hotel van de Nederlanders Rik en Marcel.
1 Januari begint echter met een kater. En dat niet perse door de drank. Oudjaarsnacht is namelijk op Koh Rong Samloem de I-Phone van Maurice gestolen uit hun bungalow. Notabene terwijl zij sliepen. Balen, vooral ook omdat er heel veel foto’s op stonden. Het ding is echter niet meer boven water te krijgen en rond 11 gaat onze boot naar het vaste land. De tocht per speedboot is heftig omdat er flinke golven staan. Veel mensen zijn misselijk. Grappig genoeg slapen Pelle, Mila en Pippa bijna de hele tocht van ruim een uur. In Sihanoukville aangekomen staat ons busje klaar om ons naar Kampot te brengen. Nadat Maurice een politierapport heeft laten opmaken rijden we richting het oosten voor een ritje van 2 uur.
Kampot is een relatief klein stadje aan een rivier in het zuidoosten van Cambodja. Er hangt een relaxte, rustige sfeer. Er staan veel oude Frans-koloniale gebouwen en traditionele Chinese ‘shophouses’. Maar het is vooral de veelzijdige natuur en landbouw omgeving met traditionele dorpjes, bergen en kust waarvoor toeristen hier naartoe komen. Gelukkig niet in de massa’s zoals bij Siem Reap en Sihanoukville.
Vanaf het internet loze Koh Rong Samloem hadden wij nog geen hotel kunnen boeken. Als we vanuit ons taxibusje verschillende hotels bellen blijkt alles vol te zitten. Rond 15 komen we aan en laten we ons afzetten bij hotel/restaurant Rikitikitavi om wat te eten. Ook de Bookingssites hebben weinig te bieden. Uiteindelijk slapen we in het simpele Borey Bokor Hotel. We noemen dit later het vogelnest-hotel. Bovenop het hotel zit namelijk een kweekhuis voor zwaluwnestjes. De gedroogde nestjes brengen zo’n 1500 dollar per kilo op. Later ontdekken we heel veel van dit soort kweekhuizen in en om Kampot waar hele zwermen zwaluwen in en uit vliegen. Sommige huizen zijn net bunkers van een paar verdiepingen hoog en met veel prikkeldraad erom heen.
Die avond ontdekken we op het internet het Two Moons Hotel. Ook die zitten vol op de bookingssites, maar ze hebben ook nog een wat simpeler, traditioneel Khmer Huis. De volgende ochtend gaan we er direct heen voor ontbijt en om in te checken. Het blijkt een goede keus. Het hotel is sinds april onder de hoede van de Hagenaars Rik en Marcel en ligt er spik en span bij in een mooie tropische tuin met splinternieuw zwembad. Na twee nachten in het Khmer huis blijven we ook nog 4 nachten in een deluxe kamer.
Gedurende ons hele verblijf huren we scooters en kammen we wederom met z’n zevenen de omgeving uit. Mila zit bij mij in de rugzak achterop en Pelle voorop. We maken onder andere de tocht naar het Bokor Hill station. Via een prachtige weg van zo’n 40 kilometer draaien we de met jungle begroeide berg op naar 1100 meter. Bokor was ooit een Frans dorp, bedoeld voor de Franse kolonisten om de broeierige hitte van Phnom Penh te ontsnappen. Vanaf begin jaren ’70 zijn de Fransen echter weggetrokken vanwege de oorlog en lijkt het nu op veel plekken een spookberg. Hoogtepunt is het geraamte van het voormalige, maar nog steeds imposante Bokor Hill Hotel & Casino. Vanaf de berg heb je gigantische uitzichten naar Kampot en de eilanden voor de kust. Verder staat er ook een mooie Boeddhistische tempel. Momenteel worden er in rap tempo nieuwe hotels op de top gebouwd. Een andere mooie tocht is naar het kustplaatsje Kep. Ook dit was een voormalige vakantieplek van rijke Franse kolonialen en de Cambodjaanse elite uit de jaren ’50 en ‘60. De grandeur van vroeger is goed zichtbaar aan de oude, verlaten villa’s die nu hier door de jungle worden overwoekerd. In Kep bezoeken we ook de ‘crab market’, een aaneenschakeling van eetstalletjes met allerhande seafood. Vooral de krab staat hier hoog aangeschreven. De hele regio rondom Kampot staat overigens bekend om z’n culinaire hoogstandjes. De peper uit Kampot schijnt de beste van de wereld te zijn en er wordt ook zout gewonnen. Met de scooter rijden we langs de peperplantages en de eindeloze zoutvelden. Rijdend door de landelijke omgeving is vooral de kleinschaligheid leuk om te zien. Paalwoningen waar een familie woont met een stukje land met 1 koe, 1 varken en wat kippen.
In de dagen erna bezoeken we nog een grot met daarin een Boeddhistische tempel, zwemmen we in de rivier, brengen we een bezoekje aan de plaatselijke (half vervallen maar wel leuke!) dierentuin en maken we per boot een ‘sunset’ tocht over de rivier. De zonsondergang valt, in tegenstelling tot de andere dagen, echter vies tegen die dag. We krijgen zelfs een plensbui over ons heen op de boot.
Het Two Moons hotel bevalt ons in die dagen zeer goed. Het zwembad is een goede plek om af te koelen na het scooteren. ’ s Avonds, als de kids slapen, zitten wij (Yvet, Maurice, Suus en ik) in het relaxte, open restaurant met bar. Met elkaar, maar ook met de eigenaars of met andere gasten. Na een week laten we allemaal het relaxte Kampot achter ons. Yvet, Maurice en Pippa trekken naar het westen (zuidwest Cambodja en Thailand) en wij vertrekken naar het oosten (Vietnam). Het was weer mooi, maar wat gaat de tijd stiekem snel. Gelukkig hebben we nog een volle maand om Vietnam te ontdekken.
Super verhalen zeg! Leuk geschreven. Mooi dat we jullie reis zo echt meemaken!
Leuk om weer te lezen hoor! Ik zie het al helemaal voor me hoe Marcel weer als pakezel op die scooter rijdt, met Mila achter en Pelle voor. Zorg maar dat er geen ongelukken gebeuren!
Onwijs gaaf! Iedere keer lees ik de verhalen met veel plezier…. En stiekem weer blij als jullie weer in nl zijn.. Nog een maandje!! ️Enjoy Guys xxxxx
Fijn, dat je mijn gevulde plastic zakje op de boot achterwege hebt gelaten
Leuk om te lezen, oude tijden herleven!
Wat vervelend voor maurice en vooral voor alle foto’s, het gevoel en de rompslomp die er bij komt kijken. Maar wat hebben jullie weer veel gezien en genoten. Geniet van jullie laatste weken! Het gaat idd heel snel! !
Veel liefs en dikke kussen voor Pelle en mila
Wij waren vorig jaar in Kampot met onze toen 1 jaar oude dochter. Nu ik jullie verslag lees bedenk ik me dat wij ons ook afvroegen wat die vreemde raamloze half-af gebouwen waren. Voor de vogels dus!